Brief aan reumatoloog S8.
2002
Ik had een
keuringsarts aangeklaagd
bij het Medisch Tuchtcollege,
en die deed allerlei beweringen over het rapport van reumatoloog S8..
Daarom vroeg ik (alweer) aan de reumatoloog om wat extra duidelijkheid.
Aan: O. ziekenhuizen
t.a.v. dhr. S., reumatoloog
(aangetekend)
2 juli 2002
bijlagen: uw rapport, en brieven van klachtprocedure bij Tuchtcollege
Zeer geachte reumatoloog S8.,
U heeft al eerder aanvullende brieven geschreven. Toch wil ik u
vragen, om dat nogmaals te doen. Mijn vraag is eenvoudig: heeft
u voor uw diagnose de somatische oorzaken aangegeven?
Toelichting:
Verzekeringsarts L. heeft in 1996/1997 gesteld dat mijn
klachten volgens u 'functioneel' (psychisch) zouden zijn.
Dat is één van de redenen waarvoor ik hem bij het Medisch Tuchtcollege
heb aangeklaagd. Aangezien hij persisteert in het verkeerd uitleggen
van uw rapport, ben ik in hoger beroep gegaan.
In zijn verweerschrift schrijft dokter L. bij punt 1: "...en ook
geen somatische oorzaak door hem is gevonden...". In zijn dupliek
schrijft hij bij punt 2.2: "...er over mechanische functionele klachten
wordt gesproken kennelijk zonder somatische onderbouw...".
In de brieven wordt gesproken over een psychiatrisch rapport,
en een brief van het R.. Daarover kan ik u meedelen dat in
december vorig jaar de psychiater voor zijn rapport een waarschuwing
van het Centraal Tuchtcollege heeft gekregen, en het R. heeft
toegegeven dat er een onjuiste brief is verstuurd aan het G..
Het G. heeft in 1999 ook schriftelijk toegezegd, zich niet meer op
die brief van het R. te baseren.
Indertijd woonde ik aan de ###, te ###. Mijn huidige adres staat
onderaan deze brief.
Ik voel mij bezwaard om u deze brief te schrijven,
toch wil ik u vragen of u mijn vraag zou willen beantwoorden.
Bij voorbank mijn dank daarvoor. Eventuele kosten
zal ik vergoeden.
hoogachtend,
D.
In bovenstaand brief zit helaas een schrijffout: "bij voorbank mijn dank..."
had natuurlijk "bij voorbaat mijn dank..." moeten zijn. Hieronder volgt
de reactie van de specialist.
O.ZIEKENHUIZEN
S.
REUMATOLOOG
Ref. SNN/AW
De heer
D.
G. 22 juli 2002
Betreft: D.
Geachte Heer D.,
In goede orde ontving ik Uw brief van 2 juli 2002 inclusief bijlagen
van mijn rapport en brieven van klachten-procedure bij tuchtcollege. U
vraagt daarbij of ik in mijn diagnose de somatische oorzaken heb
aangegeven? Hierop zou ik willen antwoorden met de zelfde conclusie als
geformuleerd in mijn brief van
23 augustus 1993:
Er is sprake van chronisch recidiverende nek en rugklachten door
spierpijnen t.g.v. scoliose en recidiverende blokkeringen op diverse
niveaus. Klachtenbeeld voornamelijk mechanisch bepaald door niet goede
houding. Daarbij ook nerveus-gespannen, hetgeen de spierklachten niet
ten goede komt. Het probleem is niet zozeer een reumatische aandoening,
danwel een mechanisch-funktionele stoornis.
Zoals gesteld in mijn brief van
18 decenber 1997 bedoel ik met een
funktionele stoornis een funktie-stoornis van de rug op meerdere
niveau's en daarmee in het totaal funktioneren van U als patiënt.
De bovengenoemde scoliose met secundaire spierpijnen en blokkeringen is
in principe primair een somatisch probleem. De reden van Uw scoliose is
niet duidelijk en in de geneeskunde spreekt men dan van een
idiopathische scoliose. Je kan dan spreken dat er geen somatische
onderbouw is. Dit in tegenstelling tot andere vormen van scoliose waar
wel een verklaring voor aanwijsbaar is. Er lijkt in deze meer sprake te
zijn van verschil in semantiek.
Hopende dat ik Uw vraag hiermee voldoende heb beantwoord, teken ik
Hoogachtend,
S., reumatoloog.
De reumatoloog schrijft hierboven over "idiopathische scoliose".
Het woord "idiopatisch" betekent dat de oorzaak niet bekend is.
Zoiets schreef de reumatoloog nog niet eerder.
Ik vraag me af of het wel klopt met het onderzoek van de reumatoloog
uit 1993, waar op de röntgenfoto's te zien is dat m'n onderrug wat
scheef en gedraaid staat.
Volgens mij doet de reumatoloog in de bovenstaande brief wel heel
erg zijn best, om de keuringsarts niet tegen te spreken.
Daarom schreef ik de volgende brief aan de reumatoloog:
Aan: O.ziekenhuizen
t.a.v. dhr. S., reumatoloog
(aangetekend)
23 augustus 2002
betreft: uw brief van 22 juli 2002
bijlage: beroepschrift, d.d. 22 augustus 2002
Zeer geachte reumatoloog S8.,
In de procedure tegen de verzekeringsarts heb ik mijn beroepschrift
reeds aan het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg verzonden
(zie bijlage). Daar heb ik uw brief van 22 juli 2002 niet aan toegevoegd,
omdat die brief op verschillende manieren is uit te leggen. In uw brief
schrijft u, "...is in principe primair een somatisch probleem". Uit uw brief
wordt echter niet duidelijk of dat ook voor mij geldt, of dat ik
de uitzondering op dat principe ben.
De verzekeringsarts interpreteert naar mijn mening uw brieven verkeerd.
Daar staat uw opmerking dat er verschillende semantiek is, wel ver van af,
maar misschien had ik mijn vraag anders moeten stellen. Ik heb er daarom
voor gekozen om als patiënt/leek de onderstaande punten op te schrijven,
en geef u de mogelijkheid om daarop te reageren. Indien u niet binnen
twee maanden reageert, dan neem ik aan dat u ermee akkoord gaat.
U schrijft dat de klachten in principe primair een somatisch probleem is.
Ik neem aan, dat die opmerking ook op mijn klachten betrekking heeft.
Als u schrijft, dat er sprake is van een idiopathische scoliose, dan neem ik aan,
dat u bedoelt dat er bijvoorbeeld geen vergroeiingen zijn, geen groot verschil
in beenlengte, etc. Ik neem ook aan, dat u bedoelt dat die scoliose wel
op zichzelf staand aanwezig is, en als ik een andere houding aanneem, dat dan
niet meteen die scoliose verdwenen is.
Daarbij is het verminderen van de spierspanning, de houding die ik aanneem,
en een zo goed mogelijke lichamelijke en geestelijke conditie van groot belang,
maar dat spreekt vanzelf.
Ik denk dat ik naar aanleiding van uw brieven wel mag stellen, dat daarin
niet te lezen is, dat er volgens u ook een psychische oorzaak zou zijn voor
de problemen die u constateerde. Of verzekeringsarts L. dat wel beweert,
en of dat klachtwaardig is, is ter beoordeling van het Centraal Tuchtcollege
voor de Gezondheidszorg.
hoogachtend,
D.
Op bovenstaande brief kwam geen reactie.
Bovenstaande briefwisseling stuurde ik als bijlage bij een
brief aan tuchtcollege, in
een procedure tegen een keuringsarts.
Omdat reumatoloog S8. de enige arts is, die bekend is met mijn soort
nekproblemen, schreef ik de volgende brief.
Ik heb geprobeerd, om gewoon de situatie weer te geven, en het niet
als een noodkreet te laten klinken. Maar dat is niet erg gelukt.
En helaas zit er in de eerste zin nog een schrijffout ook.
Aan: O. ziekenhuizen
t.a.v. dhr. S., reumatoloog
3 april 2003
Zeer geachte reumatoloog S8.,
Ter informatie laat ik u weten, dat ik de procedure bij
het Tuchtcollege tegen een verzekeringsarts het verloren.
Daarover had ik vorig jaar met u gecorrespondeerd.
Het college zegt dat de verzekeringsarts uw rapport wel
verkeerd heeft uitgelegd, maar dat hij tuchtrechtelijk
niet over de schreef is gegaan.
U kunt de
beslissing
nalezen op het Internet:
www.###
Ik hoop dat u het goed vindt, dat ik hierbij meteen van
de gelegenheid gebruik maken, om u mijn situatie voor te leggen.
In 1993 onderzocht u mij, en u legde aan de hand van
de röntgenfoto van mijn nek uit, hoe het zat.
Ik vertelde u, dat ze bij het G. toch niets van
nekproblemen geloven, waarop u zei dat ze dan misschien ook u
niet zouden geloven. Uit uw rapport blijkt niet zo duidelijk
het vooral om mechanisch problemen van mijn nek ging.
Door het G. is zeer veel moeite gedaan om mij negatief
af te schilderen, en mijn klachten psychisch te duiden.
Daardoor werd ik niet meer serieus genomen, en heb tot
het uiterste geprobeerd om mijn werk zolang mogelijk
vol te houden. Sinds 1997 kan ik mijn werk niet meer doen,
en de tijd dat ik rechtop sta of zit, beperk ik tot zo'n 2 uur,
om mijn klachten draagbaar te houden. Als ik dat niet doe,
dan kan de pijn in mijn nek en de migraine oplopen,
zodat Tramadol geen effect meer heeft, en de druk
in mijn nek kan oplopen, zodat ik niet meer de kracht heb
om ergens naar toe te kruipen.
Mijn leven bestaat uit procedures voeren tegen het G.,
wat mij al ruim 40.000 euro heeft gekost (van dat bedrag
zijn de vergoedingen al afgetrokken).
De orthopeed zegt dat het niet orthopedisch is, en
de neuroloog zegt dat het niet neurologisch is
(omdat de problemen met de belastbaarheid van de nek
geen ziekte van het ruggemerg zou zijn).
Ik zit met allerlei vragen, o.a. over problemen met
bijwerkingen van pijnstillers, maar met mijn vragen
kan ik nergens terecht. Mijn gezondheid is te slecht
voor revalidatie, en de mechanische oorzaak is nog steeds aanwezig.
Als u een oplossing weet, dan zou ik het zeer op prijs stellen,
als u mij dat laat weten.
hoogachtend,
D.
Hierop kwam geen reactie.
Laatste wijziging van deze bladzijde: april 2003